Ik ben mijn wachtwoord vergeten

Nieuws

Levensduur veestapel verlengen vermindert broeikasgassen

Langere levensduur koe is uit zowel financieel als milieu oogpunt beter

Willem van Laarhoven (zelfstandig onderzoeker en adviseur bij Valacon) pleit voor een langere levensduur van koeien. Gemiddeld wordt een koe afgevoerd voordat ze de vierde lactatie bereikt. “Dat is veel te vroeg. Uit onderzoeken komt naar voren dat een koe tot 9 lactaties gemiddeld economisch rendabeler is dan een nieuwe vaars. Het is daarbij ook beter voor het klimaat.”
 
De productie van een koe is rond de vijfde lactatie op zijn hoogst en neemt daarna geleidelijk weer wat af, weet Willem van Laarhoven uit onderzoeken. Dat halen veel koeien in Nederland echter niet. “Terwijl het financieel en voor het milieu beter is wanneer de koeien ouder worden. Een koe stoot methaan uit, jongvee ook. Het opfokken van jongvee is dus kostbaar. Als je koeien ouder worden, zijn er minder vaarzen en dus jongvee nodig voor vervanging. Omdat oudere koeien meer produceren, heb je uiteindelijk toch evenveel melk met minder dieren. Dat betekent een lagere methaanuitstoot per liter melk.”
 

 
Gezondheid is de basis
Levensduurverlenging begint met een goede basis. Volgens Van Laarhoven moet een melkveehouder zich afvragen wanneer hij een koe wil vervangen: ‘Kan de koe de volgende lactatie zonder problemen goed doorkomen? Ja? Dan moet je de koe aanhouden!’. Ook al produceert de koe naar je gevoel nog niet genoeg: hoe hoger de leeftijd, hoe hoger de productie en hoe lager de opfokkosten per kg melk. Zowel voor je eigen portemonnee als voor het milieu, is het winst wanneer je de koe houdt.”
 
Fokken op uiergezondheid en vruchtbaarheid
Een consequent fokbeleid is eveneens van groot belang bij levensduurverlenging. “Kenmerken die sterk gerelateerd zijn aan levensduur zijn bijvoorbeeld laatrijpheid en persistentie. Een andere optie is te fokken op kenmerken die een langere levensduur ondersteunen, denk aan klauwen, uiergezondheid en vruchtbaarheid, aangezien dat de belangrijkste redenen zijn voor afvoer.”