Ondernemers krijgen later dit jaar pas duidelijkheid over voortzetting van de salderingsregeling voor stroom uit zonnepanelen vanaf 2020. Minister Henk Kamp (EZ) vindt dat er investeringszekerheid moet zijn, maar hij hakt nog geen knopen door. In een brief aan de Tweede Kamer geeft Kamp aan dat de groei van decentraal geproduceerde zonne-energie in de komende jaren 'verantwoord' door moet gaan. Hij erkent dat het dan ook nodig is om investeringszekerheid te geven voor de aanschaf van zonnepanelen.
Saldering is toegestaan voor kleinverbruikers (aansluitingen tot en met 3x 80 A) die ‘achter de meter’ elektriciteit opwekken en vindt plaats als een gedeelte van de opwek niet direct zelf wordt gebruikt maar aan het elektriciteitsnet wordt teruggeleverd. Deze opwek achter de meter gebeurt in verreweg de meeste gevallen met zonnepanelen. De elektriciteit die aan het net wordt teruggeleverd, wordt per jaar in mindering gebracht op de elektriciteit die van het net wordt afgenomen. De kleinverbruiker hoeft daardoor geen leveringskosten voor, en energiebelasting, opslag duurzame energie (ODE) en btw over, van het net afgenomen elektriciteit te betalen voor zover deze wordt verrekend met op het net ingevoede elektriciteit.
Saldering belemmert flexibiliteit en innovatie
De minister liet onderzoeksbureau PriceWaterhouseCoopers B.V. (PwC) het evaluatierapport “De historische impact van salderen” opstellen. PwC concludeert dat salderen de prikkel wegneemt voor kleinverbruikers om het eigen verbruik achter de meter te optimaliseren en daarmee het elektriciteitssysteem te ontlasten. Om deze reden heeft een particulier geen prikkel om te investeren in een batterij of in slimme energiemanagementsystemen om zoveel mogelijk van de zelf opgewekte elektriciteit achter de meter te verbruiken. Dit remt (toepassing van) innovatieve ontwikkelingen die het energiesysteem efficiënter en betrouwbaarder kunnen maken en kunnen bijdragen aan duurzame initiatieven.
Lees het rapport op de site van de Tweede Kamer