Agrarische natuurvereniging Noardlike Fryske Wâlden ontwikkelt samen met Wageningen University & Research, LTO Noord, Provinsje Fryslân en netbeheerder Alliander een gebiedsgerichte aanpak voor de energietransitie op het platteland. In maart, april en juni hebben er drie gebiedsbijeenkomsten plaatsgevonden. In de eerste twee bijeenkomsten zijn op hoofdlijnen zeven scenario’s besproken om de productie van duurzame energie op landbouwbedrijven te maximaliseren zonder daarbij het lokale middenspanningsnet te hoeven verzwaren. De aanwezige agrariërs werden uitgenodigd hun licht op de scenario’s te laten schijnen. Daarbij kwamen veel nieuwe ideeën voor de energiehuishouding in het gebied ter sprake. De eerste twee bijeenkomsten resulteerden in zes scenario’s:
Scenario | Toelichting |
DNO Toolkit | De netbeheerder schakelt op kritische momenten de productie af, met PQ-controle op de omvormers |
Grasmanagement | Gras drogen en elektrisch maaien wanneer er energie in overvloed is |
Grote Batterij | Plaatsen van een grote collectieve Lithium-Ion batterij (6 MWh) ter netondersteuning, en investeren in kleine (15 kW) windmolentjes |
Aderlating | Collectieve warmtepomp zet opgewekte elektriciteit om in warmte. Opslag onder de grond in een WKO. Warmte voor een warmtenet in Kollum en Oudwoude. |
Kollumse Waterstofmanifactuur | Waterstof maken op momenten dat de zon schijnt en de wind waait. Ook grote windmolen (1MW) en zon-thermische panelen (PVT) plaatsen. De warmte die wordt opgewekt met de PVT panelen voedt een warmtenet voor beide aangrenzende dorpen. Ook de restwarmte van de waterstofproductie kan in het net gevoed worden. |
Alles of niets | Op het erf worden naast PVT-panelen kleine windmolentjes geplaatst. De geproduceerde warmte wordt nuttig ingezet in de agrarische keten, door bijvoorbeeld melk indikken, mestkoelen en grasdrogen. De overtollige warmte kan gevoed worden in een warmtenet. |
Tijdens de derde bijeenkomst werden de toetsingscriteria voor bovenstaande scenario’s behandeld. Welke criteria zijn het belangrijkst bij het ontwerp van een energiesysteem? Naast agrariërs uit het gebied waren ook een vertegenwoordiger van de gemeente, provincie en de lokale energiecoöperatie aanwezig. In twee ronden hebben de aanwezigen de toetsingscriteria gerangschikt om zo tot consensus te komen. In de figuur zijn de 13 toetsingscriteria weergegeven die meegenomen zijn.