De BVOR coördineert vanaf komende winter een pilotproject waarin een aantal boeren zeer hoge compostgiften gaat toepassen. Deze pilot is gebaseerd op een Oostenrijks systeem, waarin snelle toenames van het organische stofgehalte worden bereikt door compost te gebruiken als ‘kickstarter’ voor beter bodembeheer. Hiermee wil het project het effect van de hoge compostgiften op de organische stofgehalten in de bodem vaststellen.
In Oostenrijk stimuleert men boeren via een privaat systeem van koolstofcredits om actief te werken aan meer organische stofopbouw in de bodem. Daar is een significante toename van het gehalte organische stof in relatief korte tijd waargenomen. Een belangrijke rol is hierbij weggelegd voor hoge doseringen compost (tot wel 200 ton per hectare). Deze vormen een ‘kickstarter’ voor de opbouw van organische stof: de micro-organismen in de compost brengen de humusopbouw in de bodem op gang.
In de pilot wordt het Oostenrijks systeem beproefd door een aantal Nederlandse boeren met verschillende grondsoorten en met verschillende teelten. Het primaire doel hiervan is het vaststellen van het effect van de hoge compostgiften op de organische stofgehalten in de bodem, op korte en langere termijn. Een tweede doel is het vaststellen van positieve en negatieve bij-effecten van de hoge compostgiften, zoals bodemleven, verbeteren bodemstructuur, vochtvasthoudend vermogen en nutriëntenbeschikbaarheid.
De resultaten van de pilot worden onder meer worden gebruikt in een breder onderzoeksprogramma dat zich richt op koolstofvastlegging in minerale landbouwbodems. Dit programma omvat een serie kennisprojecten die een consortium onder leiding van Wageningen Universiteit uitvoert. Het is onderdeel van de Klimaatagenda landbouw.
De pilot start in de winter van 2019 en loopt meerdere jaren. Omdat hoge compostgiften door de meststoffenregels niet zijn toegestaan, is voor de pilot tevens een ontheffing van RVO nodig.
De BVOR coördineert het pilotproject . Zij werkt hierin onder meer samen met Soiltech, een bedrijf dat zich bezig houdt met bodemgezondheid en plantvitaliteit. Voor de pilot is financiële ondersteuning verkregen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Bron: BVOR